Terug naar de home page


07 Juli Kazachstan.  14420 kilometer vanuit Nederland gereden. 

De grens over Kazachstan in is een makkie, half uurtje.
We rijden aan en na een paar kilometer komen we twee fietsen waarvan een met aanhangwagen. tegen. Ze zwaaien en we stoppen. Blijken het Nederlanders te zijn. Man en vrouw en een meisje van twee in het aanhangwagentje. Het gaat allemaal beter dan we zouden denken. .
Met onze Doos naar Zuid-Oost Azie. Iran, Mongolie, China, Laos, Cambodia, Thailand, Maleisie...........
We ruilen ons laatste geld uit Kyrgyzie tegen hun laatste geld uit Kazachstan. Wij blij en zij blij. Ze geven ons het adres van een koffietentje in Almaty, daar hebben ze naast lekkere koffie ook WiFi. En dat laatste hebben we nodig! Misschien dat we extra info over het Thailand drama kunnen lezen.

Kazachstan is groot, gelukkig hoeven we maar een klein stukje door dit land te rijden, slechts 1500 kilometer. En naar het schijnt zijn de wegen, naarmate je verder naar het Noorden komt slechter en slechter.

Van de grens naar Almaty (Alma Ata vroeger) is 270 kilometer, we rijden aan het eind van de middag die stad binnen. Onze Garmin wijst ons snel de weg naar het koffie cafe "Jeans Coffee". Voor de deur is een parkeerplaatsje vrij. We zetten onze Doos er neer en gewapend met onze beide iPads steken we de straat over.
"Nou zeg, ze hebben hier geen bier, 100 soorten koffie maar geen bier." Moppert Hans. "Ja, wat wil je, dit is een koffie cafe, geen kroeg. Maar ze hebben wel WiFi." "Oh, dan maar Cola. De WiFi code is 123456789." "Hoe weet jij dat nou?" "Staat op de menukaart," lacht Hans.
De Cola wordt voor ons neergezet en of we nog wat willen eten? "Maybe later," antwoordt Hans. "Anja, post uit China. Ze hebben onze opzegging ontvangen. Een hele berekening er bij hoeveel geld we terug gaan krijgen, best veel trouwens."
Hans opent Facebook en ziet een berichtje van Me-An, een van onze medereizigers door China. "Hans, je kunt wel meerijden naar Thailand, omdat jullie auto zwaarder is dan 3500 kilogram hoef je geen ontheffing te hebben." Hans zit verbaasd te kijken naar het berichtje. "Zouden we dan toch kunnen gaan?" vraagt hij zich hardop af. "Hoezo?" vraagt Anja. Hans laat haar het berichtje lezen. Haar gezicht fleurt weer helemaal op. "Hans, we gaan naar China!"

Helemaal gelukkig sturen we een berichtje naar China met de mededeling dat we wel mee gaan. Tevreden bestellen we allebei een  lekkere salade en een Pizza, het grote formaat. Het meisje dat de bestelling op neemt kijkt verbaasd. "Zou die dan zo groot zijn?" vraagt Hans. "We zien wel, anders kunnen ze hem inpakken."

Rond de klok van 11 steken we de straat over naar onze Doos. "Zullen we hier blijven staan?" stelt Anja voor, terwijl ze de restanten van onze Pizza's in de koeling zet. En natuurlijk blijven we daar staan, op onze Pc's hebben we allebei internet via de WiFi van het koffie cafe. Wat wil een Overlander nog meer?
We praten nog een uurtje na en helemaal tevreden kruipen we onder ons dekbedje. "We gaan naar China en naar Thailand," zingt Hans zachtjes.
Maar enthousiast als hij is, hij kan de slaap toch niet vatten. Anja evenmin. "Ik heb er toch mijn twijfels over Anja. Natuurlijk willen we haar geloven, maar waar haalt zij die info vandaan? En zij wil graag dat we bij de groep blijven. Als wij afhaken moeten zij meer betalen. Ik weet het allemaal nog niet." We vallen allebei in een onrustige slaap.
Na de ochtendkoffie gaan we op zoek naar een supermarkt. "Er zal wel ergens een shopping Mall zijn, dit is zo'n moderne stad." Anja zit met haar iPad op schoot en zoekt naar een Mall of een grote supermarkt. Hans wormt de Doos door het waanzinnige verkeer. "Nog nooit zoveel dikke Toyota's en nog dikkere Mercedessen bij elkaar gezien," moppert Hans als hij weer door zo'n dikke zwarte bak met donker getinte ramen wordt gesneden. "Dit gaat hier wel allemaal heel erg grof."
Hans staat voorgesorteerd om links af te gaan, voor de parking van de grote Shopping Mall. Het stoplicht is rood. Achter hem staat weer zo'n dikke zwarte Mercedes te knipperen en te toeteren dat ie er langs wil. "Moet ik daar nu echt voor opzij gaan?" vraagt hij zich af. Hans blijft voor het rode stoplicht staan. Het licht springt op groen en luid toeterend wil de Mercedes links voorbij terwijl Hans links af wil slaan.
Laat in de avond komen we weer bij het Jeans Coffe aan. We vinden weer een plekje voor de deur en hebben onze Pc's weer standby. "Anja, ik ga het nu tot op de bodem uitzoeken." "Wat uitzoeken?"  "Hoe het nu zit met Thailand. Ik heb de hele nacht de tijd en internet zat. Slapen doe ik toch niet voordat ik er uit ben."

Uren wordt er gesurfd. Naar de website van de Thaise regering. Kijken wat er op de diverse groepen op Facebook staat. Dan nog op allerlei forums die er zijn speciaal voor Overlanders over de hele wereld. En het verhaal wordt steeds duidelijker. We kunnen hoog of laag springen, we komen Thailand met onze Doos nooit binnen. De nieuwe wet is ingegaan op de 27 ste juni 2016. We krijgen nog een suggestie om ons kentekenbewijs aan te passen. Ja. dat kunnen we wel, maar de eerste beste sullige Thaise ambtenaar die onze Doos ziet weet dat die zwaarder is dan 3500 kg. Hans geeft het op en valt in een diepe slaap. "De strijd is gestreden, deze keer gaan we niet winnen," klinkt het in Hans z'n droom.

Bij de ochtend koffie praten we alles nog eens door. De beslissing valt. We gaan niet door China want Zuid-Oost Azie is voor ons een doodlopende weg. We kunnen wel blijven dromen en hopen dat het mee zal vallen, maar dat gaat niet gebeuren. Dit gaat niet meevallen en hier kunnen we ons niet uit lullen als we daar aan de grens staan. Verdrietig starten we de Doos en gaan op pad voor ons laatste visum.
In een reflex steekt Hans zijn middenvinger op naar de man. Met luid gebrul en gepiep barsten een paar honderd PK's los, de Mercedes schiet voorbij en trapt dan boven op de rem. "Misschien de volgende keer geen vinger opsteken?" suggereert Anja. Hans stopt de Doos vlak achter de geblindeerde zwarte bak. Uiteindelijk stuift de auto het parkeerterrein op. "Zullen wij dan braaf de volgende inrit nemen? Die zot wil je niet tegen komen." "Verrekte aso's hier. Dit land zou een "sociale communistische republiek" zijn. Daar kun je hier weinig van merken. Maar het is natuurlijk onmogelijk om in zo'n aso bak zo aso te rijden als je sociaal bent. Sociale mensen krijgen zo'n bak niet eens bij elkaar verdiend. In Nederland niet en hier zeker niet." Langzaam neemt het adrenaline gehalte in Hans z'n bloed af. Even later lopen we door de Mall. "Ja, dat moet er nog bijkomen. Hebben ze een kunstijsbaan binnen." 
De Ambassade van Mongolie lijkt een beetje op een bouwval. Duidelijk is dat Mongolie niet veel geld over heeft voor zijn buitenlandse vesting in Almaty. Het is een groot gebouw, vol schotels en het staat voor driekwart leeg. "Op het bordje staan de openingstijden," Anja loopt er heen om te kijken of ze open zijn. "Het ziet er allemaal versleten en verpauperd uit, vindt je niet? Ze sluiten van 13.00 tot 14.00 uur." "Dan hebben we geluk, de deur staat open en het is pas half een."
Op de roestige poort zit een aftands drukknopje. Er loopt een zwarte kabel langs de achterkant van de poort naar het gazon. Anja drukt er op. En nog eens. "Die moeten van ver komen."  "Wat wil je, groot pand." Even later komt er een magere man aan lopen. We vertellen hem waarvoor we komen. Hij opent de poort en gaat ons voor.
We volgen hem naar binnen. Wat ooit een statig en sjiek gebouw geweest moet zijn is nu een rommeltje. Gordijnrails hangen scheef naar beneden. Ze hebben duidelijk moeite de vuile glasgordijnen omhoog te houden. De vloerbedekking zit vol kringen en plekken. De hoeken van de vloerkleden krullen omhoog. Er staat een leren bankje en een tafel met een glazen blad wat los ligt. We krijgen allebei een formulier wat we in mogen vullen. Je weet wel, naam, paspoortnummer en meer van dat soort dingen. Als we klaar zijn lopen we zijn slonzige kantoortje binnen. "Dat is 2 x 68 Dollar, dus 136 Dollar." Hij laat het op zijn telmachine zien. Anja geeft er 140. De man toetst 140 in op zijn telmachine en trekt er dan 136 van af. Trots laat hij het Anja zien. Ze krijgt dus 4 Dollar terug. Hans kijkt Anja verbaasd aan. "Moet hij dat zo uitrekenen?" De man opent de kast achter zijn bureau. Pakt een oud houten kistje. En Anja krijgt keurig 4 Dollar terug. "Wacht u daar nog maar even, het is zo klaar." Na tien minuten komt hij met de paspoorten en we kunnen gaan. Hij loopt achter ons aan en sluit de poort. Het is 13.00 uur, pauze voor hem. "In nog geen half uur! Dat hebben we nog nooit meegemaakt." Anja is helemaal verrukt. "Ik denk dat hij blij is dat er nog een klant komt, denk je niet?"

Voor de laatste keer rijden we terug naar Jeans Coffe. Kunnen we nog wat internetten, onze laatste Pizza eten en in de supermarkt om de hoek onze voorraad aanvullen.
En weer gaat er een mailtje naar China. Nu voor onze definitieve afmelding. 


12 juli 2016.
Net als Kyrgyzie ziet ook Kazachstan er totaal anders uit dan we ons voorgesteld hadden. Veel info halen we van het internet, vaak van andere Overlanders die hier al geweest zijn, soms uit reisgidsen. Maar die info is altijd gekleurd door degene die het geschreven heeft. We dachten dus een dor en saai landschap te gaan zien. Nu blijkt dat wel mee te vallen, veel meer heuvels en bergen. En ook meer groen. Zo zie je maar, ieder zijn eigen idee.
Naar mate we verder naar het Noorden komen, is er minder verkeer en ook veel minder te zien. Niet omdat er niets meer te zien zou zijn, waarschijnlijk is er heel veel te zien.
Maar de wegen worden slecht, asfalt met diepe gaten, sporen van 30 centimeter diep. Dan heb je geen tijd meer om rond te kijken naar de mooie natuur. Nee, dan kijk je geconcentreerd naar het wegdek voor je en laveer je met een vaartje van 25 km/uur tussen de gaten door.

Dan is Kazachstan geen leuk land meer, alleen nog maar een land waar je doorheen moet om in het volgende land te komen. Dan is reizen niet leuk meer.
Dan wordt het ploeteren, dag na dag. "Dit zou onze laatste grote reis worden, dat hadden we afgespoken toch, Anja? Dan waren deze wegen geen probleem geweest." "Hoezo?" valt ze in de rede. "Als we onze reis hadden kunnen maken zoals we hem gedroomd en gepland hebben. Dan hadden we dit er met een glimlach bijgenomen. 'All part of the adventure' zouden we dan zeggen.  Nu heel ons plan, onze droomreis, in de plomp gevallen is vind ik het rijden hier bijna een straf. Ik word er doodmoe van en waarvoor?"
We komen in het Noord-Oosten van Kazachstan. Het stuk land waar de Russen eind tachtiger jaren nog steeds atoomproeven hielden. Er woonden hier toen niet zo veel mensen, een dorre uithoek van de wereld.
In de verte zien we steeds vaker kleine mooie dorpjes. Althans dat lijkt zo. Maar het zijn begraafplaatsen, de graven zien er mooier uit dan de huizen waar de doden vroeger in woonden. "Als ik het goed begrijp is het aantal sterfgevallen hier nog steeds veel hoger dan in de rest van Rusland en Kazachstan. Veel mensen overlijden aan vreemde kanker soorten en dat op jongere leeftijd. En nog steeds worden kinderen geboren met allerlei afwijkingen." Hans kijkt voor zich uit. 

Het laatste stuk weg in Kazachstan is weer mooi asfalt. Hans heeft dus weer tijd om te denken. "Anja, nou zit ik hier te balen dat onze droomreis niet gaat worden wat we van plan waren. Eigenlijk moet ik me schamen." "Hoezo?" vraagt ze.  "Kijk nou eens naar die graven. Die mensen hadden toch ook allemaal mooie plannen voor hun leven? Kijk eens wat daar van terecht gekomen is."
En dan is het stil in de Doos.

We rijden door het laatste plaatsje voor de grens naar Rusland, het stinkt er en het is stoffig. Van verre zag je de fabrieks schoorstenen hun vuiligheid uitspuwen. Op een Duitse website lazen we dat we daar niet moesten gaan slapen. Het zou er gevaarlijk zijn vanwege de armoede. "Ik denk eerder dat het gevaarlijker is van de stank en de rotzooi dan van de mensen. Maar een gewaarschuwd mens telt voor twee." We zitten aan het einde van de middag en besluiten nog een stuk door te rijden. Uiteindelijk tot aan de grens. Er staan een paar vrachtwagens voor ons en er komen steeds meer auto's achter ons. Na een half uur staan we als eerste aan de slagboom. De militair komt en opent de slagboom. Niet voor ons maar voor een Kazachstaanse oude vrachtwagen en een zwarte dikke Toyota 4x4 met donker getinte ruiten. En de slagboom gaat weer dicht. De hel breekt los want de bestuurders en passagiers van de auto's achter ons willen ook voor, maar die mogen niet. Ze schelden de grenswacht uit en belagen hem zodat hij versterking oproept. Nou ja, twee uur later rijden we Rusland binnen en gaan heerlijk slapen op het parkeerterrein. Het is kwart voor twaalf in de nacht, buiten stikt het van de muggen en wij zijn als laatste nog net de grens over gegaan.

We hebben onze 1533 kilometer door Kazachstan veilig achter ons gelaten, hoewel we toch wel een paar keer dachten dat onze reis helemaal afgelopen was. Totaal gereden kilometers vanavond: 15.953

Fijn dat je weer met ons meereist, ga je ook mee naar Rusland en Mongolie?

Klick dan op  "volgende" rechts onder aan de pagina.