Terug naar de home page


Tadjikistan Pamir Highway Deel III

15 juni 2016. Pamir  Dag 3.

Niet ver hier vandaan klinken Honda brommertjes en balkende ezels. Soms ook een vrachtwagen. Hans draait zich nog eens om, hoofd onder het kussen. "Dit geluid komt niet van hier, dat komt van de overkant van de rivier!" Hij stapt zijn bed uit en kijkt door het raam. Aan de overkant van de rivier ligt Afghanistan. De brommertjes rijden daarginds, en de vrachtwagen ook. Er lopen ook mensen. Hans zwaait en er wordt terug gezwaaid.
Hij heeft het er best moeilijk mee. "Hoe lang is het nu alweer geleden? Die prachtige reis door Afghanistan?" Veel te lang geleden, dat is zeker.
We stonden daar met 5 Land-Rovers onder de Buddha van Bamyan. De 2e van rechts, heeft Hans in England rechtstreeks bij de fabriek besteld." Dat was daar goedkoper dan een gebruikte van een paar jaar oud in Nederland. Met Robin en Marijke, de tweede van links, waren we vertrokken voor onze grote reis. De andere Land Rovers zijn we onderweg tegen gekomen.
Met onze Doos naar Zuid-Oost Azie. Iran, Mongolie, China, Laos, Cambodia, Thailand, Maleisie...........
Deze oude foto heeft Hans altijd bewaard. Het beeld van ruim 52 meter hoogte was in de bergwand uitgehakt. Nog niet zo lang geleden heeft de Taliban het beeld met een paar flinke bommen opgeblazen. Vol trots stuurden ze de video beelden de wereld over. Een van de vele trieste momenten in de geschiedenis van Afghanistan. "Nou ja, al kunnen we daar niet meer naar toe, we mogen wel een dikke 600 kilometer langs de grens rijden. Er zijn plekken dat de grensrivier amper 50 meter breed is, dan is Afghanistan wel heel dicht bij!
"Genoeg gemijmerd, terug naar de Doos. Tijd voor een bakkie." Hans vertelt over de tijd dat hij aan de overkant van de rivier was. Hoe mooi het was. Dat ze met hun groepje Land Rovers over de middenroute dwars door het land reden van Herat op weg naar de hoofdstad Kabul. Dat daar dagen bij waren van amper 15 kilometer voortgang vanwege de grote stenen die opgeruimd moesten worden. Of vanwege de grote rivier waar ze doorheen moesten. Geen GPS, alleen een papieren kaart en een kompas.. Dat was spannend. Totdat.................. er militairen kwamen. Ze waren halverwege de tocht, al dagen onderweg. Ze mochten niet meer verder en moesten terug naar Herat, in elke auto nog een militair meenemen ook. Een tocht om nooit te vergeten.
Na de koffie wordt de Doos wakker gemaakt. "Gaan we weer verder? Ik heb er zin in!"
Buiten is het is allemaal een beetje grijs. Zou het stof zijn? Is het nevel? We komen er niet uit, maar de meeste kleuren zijn vervaagd in grijstinten. Past eigenlijk wel een beetje bij Hans zijn bui. "Jammer dat we die mooie vergezichten niet kunnen zien. We komen hier maar een keer nietwaar?"

De weg is een heel stuk beter dan die van de vorige dagen. Niet dat het snel gaat, maar we zijn de modder in elk geval kwijt. Er zijn zelfs al stukken waar we boven de 35 kilometer per uur kunnen.

Maar het kan niet tippen aan de eerste dagen van de Pamir Highway, lang zo mooi niet. "Zou dat niet komen vanwege de nevel?" vraagt Anja zich af.
"Er komt wat wind opzetten." Anja is de eerste die het op merkt. Maar ja, zij is degene van de foto's, die kijkt op een andere manier naar buiten dan Hans. Die doet zijn best om de grootste gaten in het wegdek te ontwijken. Langzaam trekt de nevel op. De rivier wordt wat smaller en we hebben goed zicht op Afghanistan.  "Een vreemde manier van koren maaien, daar aan de overkant." merkt Hans op. "Zie je die vrouwen daar lopen? Helemaal ingepakt, van boven tot aan de schoenen. Dat hebben we al even niet meer gezien." Hans toetert en we zwaaien. De dames zwaaien naar ons terug totdat ze de camera zien. Dan zetten ze het op een lopen. Anja maakt vlug de foto voordat ze uit beeld zijn..
16 juni 2016. Pamir  Dag 4.

Mooi plekje om wakker te worden. En de lucht is weer blauw en dus schijnt de zon. "Dat worden mooie foto's," roept Hans enthousiast als hij onder de auto vandaan komt. "Het zit weer vast hoor!" Gisteren had Anja gezien dat de tweede watertank "wiebelde" bij het parkeren van de Doos.

"Vandaag zou het fijn zijn als we weer wat inkopen kunnen doen. De groente is op en de eieren ook bijna. Khorogh is toch niet zo ver?" Anja pakt haar iPad en kijkt hoeveel kilometer het is. "Volgens Maps.me is het 81 kilometer. Dat kunnen we toch wel halen?" Ze zegt het met wat twijfel in haar stem. "Ja, je weet hier natuurlijk nooit."
8 kilometer voor Vamd stoppen we. Langs onze weg loopt nog een stukje oude weg van 40 jaar geleden. We parkeren onze Doos er op. Het is weer een vermoeide dag geweest. We hebben er 148 kilometer op zitten, meer dan genoeg!
"Ik vind dat we niet met onze Doos bij zo'n kraan kunnen gaan staan met de slang in onze tanks. Dat duurt met zo'n straaltje zeker anderhalf uur en al die tijd kunnen andere mensen geen gebruik maken van dat kraantje." "Ja, dat vind ik ook," beaamt Anja, "maar hoe gaan we dat dan doen?" "Vragen bij een pompstation? We moeten ook nog tanken."
We stoppen langs de weg voor een autowasplaats. Aan de overkant is een pompstation. "Ga jij even vragen?" vraagt Hans. Anja stapt uit en loopt naar de pomp. Daar wijzen ze naar de overkant, waar wij staan. Anja komt terug. "Ik moet bij de wasserette vragen, die hebben water genoeg."

De weg naar Korogh is tot op heden het beste stuk wat we rijden. Al in het begin van de middag rijden we het stadje binnen. Het verkeer is gezellig chaotisch, zeker in de buurt van de Bazaar. Daar rijden de smalle Chinese taxibusjes af en aan. We vinden een mooie plek net voorbij het centrum. Recht voor een monument. De Doos wordt geparkeerd naast een vriendelijk lachende agent. "Het zal wel goed zijn, hij lacht en bekijkt vol interesse onze Doos."
Even een korte wandeling naar de Bazaar voor de eerste inkopen.  Terug gekomen verplaatsen we de Doos nog een stukje omdat een paar mannen de trottoirband overschilderen. Mooi groen - wit. "Dat betekent natuurlijk dat wij hier mogen blijven staan, Anja."
We zitten op 2100 meter.
En inderdaad, we mogen water pompen zo veel we willen. Daarna aan de overkant onze beide dieseltanks afvullen. Vlug nog naar de Bazaar voor de tomaten en meer van dat soort spul. En dan kunnen we aanrijden, het is alweer half twee. Deze dag was als vrije dag geprogrammeerd. Even een dag niet rijden, niet hobbelen, geen gerammel, gewoon rust.

Na krap 20 kilometer stoppen we rond een uur of 4 op een mooi plekje langs de weg. Tijd voor een bakje, gezellig. "Ik vind dat we hier vannacht ook maar moeten bijven staan. Gewoon lekker niks meer doen." Goed idee van Anja.

Na de koffie drinken we een biertje en we hebben het helemaal naar onze zin, totdat................ de militairen komen. Met drie man sterk,  mooi gepoetste Kalasnikows in de aanslag. Ze staan naast de Doos te bellen. "Daar kan weinig goeds uit komen." Even later wordt er op de deur geklopt. Hans doet de bovenste helft open, de soldaat moet omhoog kijken om Hans te zien. En kan dus ook niet ongevraagd binnen komen. Geeft ons een prettig gevoel.
Soms zijn de rotsblokken die naar beneden vallen even groot als onze Doos.
17 juni 2016. Pamir Dag 5.

Een drukke dag vandaag. Anja wil nog wat boodschappen doen in de Bazaar. En ze wil ALLE tanks vol hebben. De hele stad staat vol met waterkraantjes langs de weg. Overal zitten dan ook vrouwen met teiltjes hun spullen te wassen of kinderen die kannetjes water komen halen.
We moeten doorrijden, dat is duidelijk. Het heeft iets te maken met "Dangerous en met hostage en Taliban. Ik denk dat ze niet willen dat we door een groepje Taliban mensen ontvoerd worden of zoiets." "Lijkt me geen goed idee," antwoordt Anja. 
Nou ja, veel keus hebben we niet, zij zijn veel beter bewapend dan wij met onze paar busjes Pepperspray. "Anja, de manier waarop ze hun machinegeweer vasthouden geeft me het idee dat ze het menen. Maar ons bier is nog niet op en het aanrecht ligt overhoop met spullen voor het eten."
Uiteindelijk weet Hans nog 5 minuten respijt te regelen, maar geen minuut langer.

Vol tegenzin verlaten we dit mooie plekje. Het duurt nog 75 kilometer voordat we weer een ander leuk plekje vinden.
De weg is mooi maar veel te smal om ergens te parkeren. "Weet je nog in Patagonia, Hans? Daar kon je kilometers ver kijken, plaats genoeg. Alleen bijna overal langs de weg de omheining van de Estancias. Daar moest je ook uren rijden om een leuke plek te vinden." Om zeven uur hebben we eindelijke de rust die we vanmorgen al wilden...........

Verder lezen? Klik op "volgende" rechtsonder.
Onze Doos achter het rotsblok.